Half Nederland wordt getriggerd als men het heeft over oversterfte. De een benoemt Covid als hoofdoorzaak, terwijl een ander beweert dat de coronasterfte te hoog is ingeschat en dat er andere oorzaken moeten zijn. Het lijkt er echter wel op dat niemand twijfelt aan de ‘harde’ cijfers van de oversterfte. Zowel voorstanders als tegenstanders van het coronabeleid hechten veel waarde aan deze cijfers. De CBS-verwachting wordt geaccepteerd als vaststaand feit. Daarover een discussie willen beginnen is een kansloze operatie en om met elkaar te kunnen communiceren moet je nu eenmaal wel dezelfde definities accepteren.
Herijking
Maar toch, hoe hard zijn deze data eigenlijk? Op virusvaria hebben we twee jaar geleden al gewezen op analyses van o.m. Bo van der Rhee op LinkedIn en een artikel van Els Ooms. Zoveel mensen, zoveel smaken. Hoe CBS het precies doet wordt niet wetenschappelijk verantwoord. Met verschillende benaderingen kun je alle kanten op. Maar nu de cijfers een bepaalde ontwikkeling laten zien, zullen we ons toch eens krachtig achter de oren moeten krabben. Klopt het allemaal nog wel?
Op Twitter was Bonne Klok bezig met een idee dat even voordehandliggend als plausibel is. Dat zijn vaak de ideeën waar overheen gekeken wordt. Virusvaria nodigde Bonne uit om een wat langer verhaal te maken. Uiteindelijk, een aantal versies later, is dit het resultaat.
Oversterfte komt voort uit de verwachtingen van het CBS op basis van de 5 voorafgaande jaren, gecorrigeerd met vergrijzing. Tenminste, dat is wat men beweert.(1). Het CBS gebruikt vanaf 2 oktober 2020 een langjarig gemiddelde als basis voor het verwachte aantal overledenen(1). Welke jaren dat zijn en hoe dat aantal nog gecorrigeerd wordt is niet geheel duidelijk. Daar CBS in Nederland de verwachting berekent, zal ik voornamelijk aan CBS verbonden artikelen refereren.
Het begrip oversterfte kent 2 definities.
- Als men de weeksterfte bekijkt, dan houdt men rekening met een bepaalde bandbreedte. Om niet direct elke fluctuatie in de sterfte te duiden als over- of ondersterfte, houdt men een marge aan. Pas aantallen buiten die marge telt CBS mee als zijnde over- of ondersterfte.
- Als men de data van langere periodes bekijkt, is de bandbreedte per week niet meer van belang. De fluctuaties in de weeksterfte zullen voldoende uitmiddelen
om bijvoorbeeldgedurende 52 weken om tot een goed jaargemiddelde te komen.
CBS gaat altijd uit van weekmarges, welke periode men ook bekijkt. Wij hebben al eerder uitgebreid beargumenteerd waarom dat niet correct is en tot foutieve signaalwaarden en duidingen leidt. Ook de jaarsplitsing op jan/dec is arbitrair en knipt elk griepseizoen willekeurig doormidden. We beperken ons in dit artikel tot de keuze van referentiejaren en hoe rigoreus die de verwachting beïnvloedt.
Is de verwachte sterfte goed ingeschat?
Een te lage inschatting van de sterfte zal een hogere oversterfte tot gevolg hebben en omgekeerd: als je voor hetzelfde jaar de sterfte hoog inschat, zal de oversterfte misschien wel verdwijnen en zelfs kunnen veranderen in ondersterfte. Een schatting gebaseerd op de 5 voorgaande jaren gaf altijd een vrij nauwkeurige richting ten opzichte van de daadwerkelijke sterfte. Het CBS hanteerde deze regel dan ook. Voor een schatting van het jaar 2023, zou je de data van 2018-2022 moeten nemen.
Nu kennen de jaren 2020-2022 de niet eerder vertoonde meersterfte en daardoor is de 5-jaars trend geen goed ijkpunt meer, alleen al op basis van gezond verstand. Vandaar dat er wordt er teruggegrepen op de jaren 2015-2019. [dit is dus niet zo. Hoe weet je dat zo stellig?]{Dit staat in het stuk tekst in link 1, 1e alinea} We zitten inmiddels wel al in het jaar 2023! En toch baseren we ons nog op data van het jaar 2015, wat inmiddels 8 jaar geleden is. Hoe representatief is dit nog, missen we geen andere trends als we zomaar jaren gaan overslaan?
Normaal gesproken zal een jaar met forse over- of ondersterfte wel uitgemiddeld worden door de jaren die erna komen. Stel dat 2019 ondersterfte had, dan zou dit recht getrokken worden door het jaar 2020 (ondersterfte jaren worden meestal opgevolgd door oversterfte jaren). Stel dat de trend 2015-2019 een foutieve voorspelling voor 2020 genereert, en daardoor 1% te weinig overlijdens werden voorspeld. Als men daarna vast blijft houden aan de trend 2015-2019, en niet corrigeert naar 2016-2020, dan zal deze trend in 2021 een foutmarge van 2% geven, voor 2022 geeft dit dan 3% foutief en in 2023 geeft dit 4% foutief. Bij deze verkeerde inschatting, is er in 2023 standaard oversterfte zonder dat er werkelijk iets aan de hand is, want de trend was niet goed berekend. We hebben immers gezien dat er wel degelijk volgens trends gedacht kan worden. De kunst is het herkennen van de juiste trend.
Als we de data van het CBS erbij pakken, zien we dat de verwachtingstrend 2015-2019 begon met (forse) meersterfte, en eindigde met een jaar van mindersterfte.(2) Dit is de basis voor de verwachte sterfte van 2023.
In pandemievrije jaren biedt de trend van de afgelopen 5 jaren, goed houvast voor het komende jaar . Maar door aan deze regel vast te blijven houden als we inmiddels het 4e jaar na de pandemie in gaan, missen we aansluiting met de actualiteit. Past wat er gebeurt ook in een langere trend of is de afwijking daarvan beter te verklaren? Zoals benoemd is de richting en steilheid van de trend volkomen afhankelijk van wat er in die voorgaande jaren gebeurde. Oversterfte in het beginjaar en ondersterfte in het laatste jaar zal een lagere inschatting geven voor het daaropvolgende jaar. En dat resulteert in een oversterfte.
Als we de sterfte van de jaren 2010 tot nu bekijken, zien we een ander patroon: langzaam stijgende sterftecijfers. Elk jaar sterven er net iets meer mensen dan het jaar ervoor. Maar de bevolking groeit ook. Het beeld blijft overeind als we de sterfte terug rekenen naar 100.000 personen.
Stelling: De referentieperiode voor de verwachte sterfte begint met een jaar met meersterfte en eindigt met een jaar met mindersterfte. Hierdoor ontstaat een onterechte stabiele trend die resulteert in hogere oversterfte voor 2020 en later.
In 2010 stierven 819 van elke 100.000 Nederlanders. Dit aantal nam toe naarmate de jaren vorderden, tot 890 per 100k in 2018, zoals te zien in Tabel 1.
De laatste kolom (per 100K) is als blokjes weergegeven in Grafiek 2, samen met de trendlijn van de pre-corona jaren 2010-2019.
Duidelijke uitschieters zijn de jaren 2014 (laag) en 2019 (laag, waarna je weer hoog mag verwachten). En uiteraard de pandemiejaren 2020-2022.
Je ziet dat de totale sterfte (vierkantjes) vanaf 2020 afneemt. De 10-jaarsverwachting stijgt echter. Sterfte minus verwachting geeft in absolute aantallen daardoor met de 10-jaars trend een steeds lagere oversterfte over 2020, 2021 en 2022.
Oversterfte op basis van | |||
5 jaars-trend (CBS) | 10 jaars-trend | verschil | |
2020 | 14.577 | 13.410 | – 1.167 |
2021 | 15.161 | 9.928 | – 5.233 |
2022 | 13.373 | 5.980 | – 7.393 |
Hoe zit het per leeftijdsgroep?
Wanneer we de verwachtingsdata(3) uit tabel 6 van het CBS invoeren en een trendlijn toevoegen, zien we dat de verwachting van het CBS lager is dan de 10-jarige trend van 2010-2019. Het CBS voorspelt een vlakke trend. En als we de verwachtingen van 2020 tot 2023 bekijken, een dalende trend sinds 2020. Vanuit deze verwachting, is de CBS-oversterfte van ’20, ’21, en ’22 goed te verklaren. De ruimte tussen de blauwe blokjes en oranje blokjes blijft ongeveer gelijk, wat dan resulteert in een oversterfte van ongeveer 14,5k per jaar. Maar: gelijkblijvende sterfte…? Er is toch vergrijzing, dan overlijden er toch meer tachtigers?

Wanneer we de 0-65 jarigen en de 65-80 jarigen bekijken, dan zien we dat de verwachting van het CBS klopt met de 10-jarige trend. De blauwe en de oranje lijn zijn nagenoeg gelijk. De verwachte sterfte (oranje vierkantjes) ligt mooi bij beide lijnen.
Maar bij de 80-plussers zien we een grote afwijking tussen de 5- en de 10-jaar trend. Daar waar de sterfte tussen 2010 en 2019 zo rond de 11.250 per 100k stabiliseert, verwacht het CBS een dalende trend op basis van 2015-2019.
Het CBS claimt, dat zij op vergrijzing corrigeren. Vanuit deze grafiek lijkt dat een negatieve correctie: minder sterfte terwijl het aantal tachtigers groeit.
Dit is een afwijkende verwachting, juist bij de groep met de grootste impact op de sterftecijfers.
Het verschil is inmiddels opgelopen tot meer dan 1125 overlijdens per 100k. Terwijl Nederland op dit moment ongeveer 875.000 80-plussers telt. Dit genereert een oversterfte van 10.000 personen.
Uitgaand van de CBS-verwachting is de oversterfte gigantisch. Op basis van de 10-jaars verwachting (blauwe trendlijn) laten de 80-plussers eigenlijk alleen in 2020 een uitschieter zien, terwijl 2021 en 2022 zich alweer in de normale bandbreedte bevinden.
Vanuit deze trends, blijft het overigens zorgwekkend, dat de 0-65 en 65-80, nog steeds grote uitschieters laten zien en dat vaccinatiejaar 2021 hoger was dan 2020 in juist deze leeftijdsgroepen, met meer weerstand tegen Covid.
Dat is zeer opvallend, omdat de gemiddelde leeftijd bij coronasterfte rond de 80 jaar ligt. Waar de fluctuaties van de 80-minners vandaan komen vraagt om een specifieke verklaring. In 2021 is gevaccineerd. Een mogelijkheid is dat alleen de 80-jarigen daar netto profijt van hadden.
Conclusie
Het lijkt er sterk op, dat de verwachting van het CBS te laag is ingeschat. Met name de cruciale verwachting van sterfte van 80-jarigen is erg laag.
Het verschil tussen de 10-jarige trend en de CBS verwachting is 57 overlijdens per 100k in 2023.
Op basis van deze cijfers ((57*178) / 52) resulteert dat in een standaard oversterfte van 200 per week, en op jaarbasis +/- 10.000. Bijna geheel te verklaren door de 80-plus.
CBS meldde een oversterfte van 1250 voor de maand januari. Daarbij zaten nog twee griepweken. In de laatste twee weken was er geen oversterfte(4). Ook februari kende een lage meersterfte van slechts 100 overlijdens(5). Wij moeten ons hierbij realiseren dat dit vermoedelijk een laagte bodem is na de oversterfte van de griepgolf van november/december/half januari. De totale ondersterfte van al die weken is tot nog toe slechts 85…
In maart zal de sterfte weer naar het basisniveau gaan. Als dat weer hetzelfde niveau is als vóór de griepgolf, gaat dat richting de 350 per week. Daarvan zouden we er dus 200 kunnen verklaren op basis van een te lage verwachting.
Voetnoten
- https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/05/eind-januari-geen-oversterfte-meer/oversterfte-en-verwachte-sterfte
- https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/04/2022-derde-jaar-op-rij-met-oversterfte
- https://www.cbs.nl/nl-nl/reeksen/sterfte-per-week
- https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/05/eind-januari-geen-oversterfte-meer
- https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/09/geen-oversterfte-in-februari
0 reacties