Dit artikel is een taalkundige aanvulling op het meer argumentatietheoretische artikel Wiederbesiedlung: Ein kontaminierter Begriff geht viral.
Taal is slordig en veranderlijk
We moeten erop bedacht zijn dat taal een bijzonder slordig communicatievehikel is. Je kunt het heel precies gebruiken maar alles is toegestaan, dus dat precieze is geen noodzaak. Iedereen mag taal gebruiken, ook mensen die niet erg precies kunnen denken. In tegenstelling tot computertalen, waar je van elk woord op zijn minst moet aangeven of het een variabele is, een functie, een constante of wat dan ook, is gesproken taal volledig vrij. Dat biedt ongebreidelde creativiteit. Maar dat leidt tot onnauwkeurigheden, een probleem dat in de praktijk door context wordt opgelost. In een prille liefdesrelatie vul je die onnauwkeurigheden in op een begripvolle manier met wenselijke uitkomsten. In de politiek gebruik je die onnauwkeurigheden om elkaar op woorden af te fakkelen: dat noemen we tegenwoordig een semantische discussie. Vroeger ging het bij ‘semantiek’ om de precieze betekenis van woorden oftewel de inhoud, nu gaat het vooral over het gebruik van de woorden zelf: de verschijningsvorm. Dat is een voorbeeld van een verschoven betekenis.
De veranderlijkheid van taal is goed zichtbaar in de spelling, omdat oude boeken de gestolde spelling van een bepaald moment laten zien. Hoe ouder hoe moeilijker leesbaar. Net zo veranderlijk zijn betekenissen en toepassing van bepaalde woorden. In andere tijdperken met andere context kunnen betekenissen verschuiven. In een snel veranderende sociale context moeten soms nieuwe uitdrukkingen worden gevonden. Er worden woorden afgeleid van andere woorden of ze worden samengevoegd. In onbruik geraakte woorden worden opgerakeld met een iets andere betekenis. Werkwoorden worden ‘genominaliseerd’ (er worden zelfstandig naamwoorden van gemaakt en omgekeerd, ze worden vervoegd, gekneed en bijgeknipt, alles mag… Taal leeft.
Betekenissen liggen dus niet verankerd in woordenboeken; woordenboeken zijn momentopnames van gebruikelijke schrijfwijzen en toepassingen. Woordenboeken doen verslag van taalgebruik, ze lopen achter de feiten aan.
Hoe taalgebruik vooruit loopt op de woordenboekdefinities: voorbeelden
Het werkwoord ‘omvolken’ is deel van onze woordenschat. Op het Fok-forum wordt zelfs creatief ‘omvolker’ gebruikt. Enkele voorbeelden:
Column van Mark Elchardus, emeritus professor sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel:Omvolken is een zaak van elke dag (3 maart 2020, ook verschenen op in De Morgen).
Column van Ronald Sørensen”: Omvolken mag je niet zeggen (11 mei 2023)
Column van Ronald Sørensen”: Omvolken, te ziek voor woorden (29 juni 2024)
https://forum.fok.nl/topic/2712510/1/999/waarom-is-het-woord-omvolking-zo-controversieel.html
Het Reformatorisch Dagblad, (mei 2024): Zijn-onze-leiders-bewust-bezig-met-omvolken?
De woordenboeken lopen wat achter. Het werkwoord omvolken komt er zelfs nog niet in voor. ChatGPT volgt de taalontwikkelingen beter dan Van Dale, dat nog een jaren vijftig duiding heeft. In Van Dale ontbreekt zelfs de term “omvolkingstheorie”.
Van Dale:
Neem een woord als “discrimineren”. Dat komt van het Latijnse “discriminare,” wat (af)scheiden of onderscheiden betekende. De Britten gebruiken het nog steeds zo. Maar bij ons kun je het met goed fatsoen niet meer gebruiken in die betekenis, tenzij in een geformaliseerde setting (strikt wetenschappelijk taalgebruik bijvoorbeeld).
Zo is het in het Nederlands (en in meer Germaanse talen) onduidelijk wat het betekent als een woord op “ing” eindigt. Neem “Bewerking”. Als je een muziekcompositie aan het bewerken bent, is het resultaat van dat bewerken de “bewerking”. Maar het proces waarmee je bezig bent tijdens het bewerken, dat mag je ook “bewerking” noemen, zoals in de zin:
“Tijdens de bewerking van het epos dacht hij nergens anders aan.”
Dat mag ook zijn: “Tijdens het bewerken van het epos dacht hij nergens anders aan.”
Als je hierdoor denkt dat je dus overal het woord “bewerking” mag vervangen door “het bewerken”, maak je een kolossale denkfout. De zin “Ik vind de bewerking van Tomorrow, zoals Sidney Christmas die zong, echt prachtig” klopt niet meer als je “de bewerking” vervangt door “het bewerken”.
Ziedaar de bron van het misverstand.
Het eerste is een zelfstandig naamwoord en verwijst naar het resultaat van het bewerken, een concreet object of fenomeen, het tweede is ook een zelfstandig naamwoord maar toch wat minder zelfstandig: het is de nominalisering van een werkwoordsvorm. Het is eigenlijk de verwijzing naar het werkwoord “het bewerken”, de handeling, de activiteit van het bewerken, met de verschijningsvorm van een zelfstandig naamwoord. Laten we die twee even ’toestand’ en ‘handeling’ noemen. Dus we hebben:
Bewerking (zelfst nw, toestand): object, fenomeen
Bewerking (zelfst nw, handeling): het doelgericht bewerken
Vergelijk met:
Overbevolking (zelfst nw, toestand): object, fenomeen
Overbevolking (zelfst nw, handeling): het doelgericht overbevolken
Hee – dat kan eigenlijk ook niet. We hebben nog nooit van actief overbevolken gehoord dus we begrijpen dat met “overbevolking” een organisch proces wordt bedoeld, een neveneffect van iets anders. Overbevolking ontstaat gewoon, om allerlei redenen, en niemand die daar vooralsnog een theorie achter zoekt. We zien het niet als menselijke doelgerichte activiteit maar als een proces dat tot een toestand van overbevolking leidt:
Overbevolking (zelfst nw, toestand): object, fenomeen
Overbevolking (zelfst nw, proces): het proces van het overbevolken
Voor dat ‘proces’ zijn andere alternatieven ontstaan: ‘overmatige bevolkingsgroei’ bijvoorbeeld.
Het omgekeerde geldt voor de niet-bestaande term ‘onderbevolking’, die wordt gedekt door meer specifieke oorzakelijke omschrijvingen als ‘vergrijzing’, ‘laag geboortecijfer’, ‘ontvolking’.
Klik hier een aantal voorbeeldzinnen zoals bab.la die geeft:
- De problematische berggebieden blijven kampen met ontvolking.
- De toenemende ontvolking van deze gebieden lijkt derhalve helaas onvermijdelijk.
- Ik denk bijvoorbeeld aan de toenemende ontvolking en de orografische kenmerken.
- Bedrijfsvergroting leidt tot ontvolking van het platteland.
- Er zal geld worden verdiend, en tegelijkertijd zal de ontvolking worden tegengegaan.
- De ecologische en sociaal-economische gevolgen van ontvolking moeten worden voorkomen.
- Griekenland gaan fabriekssluitingen gepaard met de ontvolking van steden in perifere regio’s.
- Dat houdt de ontvolking tegen, maar dat bevordert ook de stabiliteit in die regio.
- Dit zal aanleiding geven tot ontvolking en vermindering van de economische activiteit.
- De ontvolking van het platteland is een gegeven.
Voor wie bij ‘ontvolking’ meteen aan bewuste ontvolking, deportatie of genocide denkt, zit verkeerd.
Het zou analoog zo moeten werken met de oorspronkelijke, niet-besmette vorm van het woord “omvolking”. Denk aan Suriname dat rond 1500 begon met 100% inheemse bevolking. In een paar honderd jaar tijd heeft er door migratie, kolonisatie en culturele uitwisseling een enorme demografische transitie plaatsgevonden: nu stamt nog 3% van de bevolking af van de oorspronkelijke inheemse bevolking. Daar zat géén omvolkingstheorie achter. Niemand die op dat idee is gekomen, het was de loop der dingen.
Maar toen kwamen de nazi’s. Die streefden ‘omvolking’ na. ‘Bewust omvolken’ klinkt sindsdien niet meer net zo onaannemelijk als ‘bewust overbevolken’. Volgens de regels van de slordige taal (zie ‘Bewerking’) heet die bewuste activiteit dus ook ‘omvolking’. Zo zitten we met drie betekenissen van hetzelfde woord: de toestand, het proces en de doelbewuste activiteit.
Omvolking (zelfst nw, passief): object, fenomeen, toestand
Omvolking (zelfst nw, proces): het proces van het omvolken
Omvolking (zelfst nw, handeling): het doelgericht omvolken
Waarom is dit nou van belang?
Je kunt met een ambigu woord (ambigu=meerdere betekenissen) een stropopredenering opzetten. Je kunt een uitspraak bestrijden die je opponent helemaal niet heeft gedaan terwijl je hetzelfde woord gebruikt. Dit laat ik zien in het zusterartikel.
Dat de media (weer NRC) onlangs wel een stevig nummer maakten van dezelfde term “omvolking”, past in de mediamissie om het ‘ultrarechtse’ kabinet alsnog te saboteren na de mislukte karaktermoordaanslag op Ronald Plasterk. Er wordt niets nagelaten. Iemand als Jan Paternotte pakt zo’n mediavoorzetje dankbaar op en duikt in Wikipedia. Jan heeft namelijk uit de media begrepen dat “omvolking” een heel slecht woord is omdat maar één van de drie betekenissen hem aanspreekt: de kwaadaardige. Hij citeert ook de AIVD, waar ze ook weer slordig omgaan met de semantiek.
Alle termen met “omvolking” erin zijn dusdanig geframed dat je er niet eens meer tegen mag zijn: de mogen simpelweg niet meer worden benoemd. Ze zijn gecensureerd, gecancelled. Je kunt het struisvogelpolitiek noemen, maar zo gaat dat in media en politiek.
Nog even kauwen op die termen
Der Begriff omvolking sec betekent niet meer dan een bevolking die van samenstelling verandert. De term is besmet geraakt vanwege de connotatie met de nazi’s, die actief germaniserende omvolking nastreefden (verduitsing van veroverde gebieden), hun eigen bevolking wilden zuiveren (dat noemden ze NIET omvolken) en tot onmenselijke praktijken overgingen bij het omvolken van veroverde gebieden.
Het resultaat van het proces ‘omvolking’, je zou het ‘omgevolktheid’ kunnen noemen, is waarneembaar: de bevolking van een stad of wijk ziet er niet meer zo uit als zeg 20 jaar geleden. Veel mensen spreken met elkaar in talen die je als autochtoon niet verstaat en omgangsvormen matchen niet. Dat is een organisch proces, tegenwoordig vooral nevenwerking van grenzen- en migratiebeleid, economische omstandigheden, oorlog, toegenomen mobiliteit. Je kunt dit toejuichen of rampzalig vinden en alles ertussenin maar ontkennen is struisvogelpolitiek.
Als mensen door het gebruik van het woord “omvolking” daadwerkelijk gekwetst worden, kun je daar een ander woord voor kiezen. We hebben zo ook afscheid genomen van Zwarte Piet. Het Zwarte Pieten legioen hebben we -met tegenzin- toch omgevolkt tot Regenboogpieten.
Natuurlijk kan omvolking een doel zijn van bepaalde activiteiten maar dan moet je wel expliciet spreken van actieve of bewuste omvolking. Net zoals je dan bij brand moet spreken van aangestoken brand of brandstichting of pyromanie. Omvolking was een van de doelen van de Nazi’s. De theorie waarom en hoe ze dat wilden bereiken, hún omvolkingstheorie dus, was dat een land beter af was als de bevolking werd vervangen door ariërs. Geweld en genocide werden niet geschuwd.
Ik schrijf met nadruk “hún omvolkingstheorie” omdat er ook andere omvolkingstheorieën zijn, zoals multiculturalisme dat expliciet een verandering van de bevolkingssamenstelling bepleit.
Vanuit multiculturele hoek bijvoorbeeld wordt ook gepleit voor omvolking van Nederland: meer kleur en meer diversiteit is dan het doel, met meer tolerantie, een creatieve smeltkroes van culturen en een open samenleving met rechtvaardigere verdeling van onze welvaart als gevolg.
Blijft over de omvolkingscomplottheorie. Daarvan zijn er allerlei varianten die gemeenschappelijke hebben dat ze organische omvolking als neveneffect uitsluiten: het móet en het zal opzet zijn. Die hele migratiepolitiek, zo wordt vermoed, is bedacht om omvolking te forceren. Wij worden verjaagd! Complotdenkers herkennen een planmatige opzet; een theorie die wordt uitgerold. Denk bijvoorbeeld aan het waanidee dat het huidige migratiebeleid wordt uitgevoerd in opdracht van een kleine groep van babybloeddrinkende royals en adellijken, grootindustriëlen en politici, die elkaar met een erotisch ritueel inwijden in Klaus Schwab-achtige capes, indien noodzakelijk chantabel gemaakt na verleidingen op een privé-eiland van een filmmagnaat die zelfmoord pleegde in zijn cel, aangestuurd door een 5G-paal. Een verhaal zoals de AIVD dat ook schetst.
Also.
Als we het woord “omvolking” gelijk gaan stellen aan “omvolkingscomplottheorie“, kunnen we een woord als “discriminatie”, “slavernij” of “depopulatie” ook niet meer gebruiken, dat kunnen immers allemaal beoogde doelen zijn, of ze zijn dat ooit geweest. Slavernij stond centraal in het business model van mensenhandelaren, willen we dat woord dan nog gebruiken? Ook “discriminatie” is een concept dat deel heeft uitgemaakt van gedachtengoed dat de zwartste bladzijden uit de geschiedenis kenmerkt. Een woord dat nog steeds gebruikt wordt, ook door de groepen die nu in de gordijnen klimmen vanwege de term “omvolking”.
Vreemd genoeg ging het er nog niet zo lang geleden om of je voor- of tegenstander was van zo’n gedachtengoed. Tegen slavernij zijn was goed. Het was verfoeilijk om slavernij te bewonderen, vergoelijken, faciliteren of eraan te verdienen. Het merkwaardige is dat dat bij “omvolking” andersom ligt. Niet degene die die nazi-theorie omarmt gaat aan de schandpaal, maar juist degene die zich fel tégen omvolking uitspreekt.
Snappen we het nog?
Ik wel. De verklaring die voor de hand ligt is dat degenen die verandering van de bevolkingssamenstelling voorstaan, zich ongemakkelijk voelen omdat ze in een vergelijkbare positie komen als de Nazi’s: zij zijn zelf immers degenen die “omvolking” faciliteren. Dat woord willen ze niet omdat het een nazi-term is, ondanks dat we hebben gezien hoe mooi (multi)culturalistische, (multi)raciale samenlevingsidealen kunnen zijn. Voor Nederland, een land van kaaskoppen, is het een onmiskenbare vorm van bewuste omvolking als wordt gestuurd op het veranderen van de bevolkingssamenstelling. Dus omvolking mag wel, het is zelfs cruciaal onderdeel van het multiculturele gedachtegoed – het mag alleen niet zo genoemd worden.
Beste mensen, Taalonderwijs aan kind van 9 jaar vandaag de dag: Let op, TAAL dus!
Vul de woorden in: Plicht, golf, plaats, straat, stof, weer, ramp.
– Boek, de eeuwige hitte….
-De politiek heeft de dienst…… weer ingevoerd (in vakje boven de les: Dienstplicht is de plicht om een tijdje in het leger te gaan werken.)
-Op de markt…… staan nog maar twee kramen
-Fossiele brand…. is verboden
-Er is een periode van herfst…. in december
-Het begint met een lege hoofd……
Ik heb het een klein beetje gehusseld om niet in de problemen te komen maar toen ik met mijn kleinkind deze les bekeek kreeg ik hartkloppingen van verbijstering en heb dat uiteraard niet aan het kind laten merken. Naar school gaan is tegenwoordig al zo vreselijk heftig (vooral voor kinderen die nadenken, ook omdat dat niet meer mag).
De lessen burgerschap gaan bijna allemaal over de “woordspelletjes” waar de Paternottes van deze wereld zich van bedienen.
Zeer zorgelijk allemaal!